Minister Madlener van Infrastructuur en Waterstaat staat “niet onwelwillend” tegenover het plan om het alcoholslot opnieuw in te voeren. Ook verkeersdeskundigen zijn positief: ze vinden het een effectieve maatregel om drankgebruik in het verkeer terug te dringen en dodelijke ongelukken te voorkomen.
Een alcoholslot is een apparaat waarin bestuurders moeten blazen voordat ze hun auto starten. Als ze te veel hebben gedronken, start de motor niet. Vanochtend werd bekend dat 84 procent van de Nederlanders voorstander is van zo’n slot voor veelplegers.
In reactie op die enquête laat een woordvoerder van minister Madlener weten dat er momenteel onderzoek wordt gedaan naar het invoeren van zo’n slot, en dat dat “in de afrondende fase” is. Het onderzoek focust vooral op de juridische haalbaarheid.
Ondernemer Marcel Heijnens verkoopt al jaren alcoholsloten aan particulieren en bedrijven:
Niet alleen de PVV-minister heeft oren naar het plan, ook verkeersveiligheidsdeskundigen zijn positief. Zoals Sjoerd Houwing, beleidsadviseur bij het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). Hij ziet dat mensen steeds vaker met een slok op achter het stuur kruipen. “Heel zorgelijk.”
Een alcoholslot voor mensen die herhaaldelijk te veel drinken, is volgens hem “een van de meest effectieve maatregelen” tegen dronkemansritten. Maar Houwing hamert net als minister Madlener ook op de praktische en juridische uitwerking.
Ingevoerd zonder succes
Want daar schortte het eerder aan. In 2011 werd het alcoholslot ook al ingevoerd, maar zonder succes. Onder meer omdat er technische mankementen waren: sommige sloten activeerden tijdens het rijden, met als gevolg levensgevaarlijke situaties op de snelweg.
Ook plaatste de Raad van State juridische vraagtekens bij de maatregel, die zou leiden tot ongelijkheid en willekeur. Het inbouwen van zo’n slot kostte namelijk 5000 euro en niet iedereen kan dat betalen.
Dat kan nu een stuk goedkoper, denkt Houwing. “Er zijn allerlei technische verbeteringen die het mogelijk moeten maken om het makkelijker in te bouwen.”
Ook verkeersveiligheidonderzoeker Ragnhild Davidse van het SWOV roept de overheid op het alcoholslot te herintroduceren. “Uit Amerikaans, Zweeds én Nederlands onderzoek blijkt dat het effectief is. Zeker als je het combineert met de aanpak van alcoholproblematiek van bestuurders.”
De laatste keer dat de maatregel van kracht was, werd het alcoholslot uitgedeeld aan ‘zware’ overtreders. Oftewel: mensen die met een promille van 1,3 of meer de weg op gingen. Dat staat gelijk aan ongeveer zeven biertjes.
Alcohol is een groeiend probleem in het verkeer, zegt Davidse. De laatste keer dat zij onderzoek deed naar verkeersdoden als gevolg van drank, was in 2015. Toen bleek dat 12 tot 23 procent van de verkeersdoden was te relateren aan alcohol. Dat kwam neer op 75 tot 140 doden in één jaar.
Die cijfers zijn al tien jaar oud. Maar het SWOV vermoedt dat het getal eerder groter dan kleiner is geworden. Want nieuwe steekproeven laten zien dat mensen steeds vaker met een slok op rijden. Ook gebeurt het vaker dat weggebruikers een ademtest weigeren, zegt het ministerie van Justitie en Veiligheid.
Steeds minder alcoholcontroles
Davidse denkt dat een groeiend aantal mensen met alcohol op aan het verkeer deelneemt omdat er minder controles zijn. “De politie vindt het niet prettig om een grote alcoholfuik neer te zetten, want het is dankzij social media zo bekend waar die staan. Wij zijn het daar niet helemaal mee eens. Want het helpt als mensen het gevoel hebben dat ze gecontroleerd kunnen worden.”
Het ministerie van Justitie en Veiligheid bevestigt dat het aantal alcoholfuiken afneemt. Voor corona waren dat er meer dan tweeduizend per jaar, maar tegenwoordig iets meer dan duizend. Een woordvoerder bevestigt dat de controles minder effectief zijn dankzij social media en benadrukt dat politiekorpsen “in grote mate” zelf bepalen of ze het middel wel of niet inzetten.