Na veertien jaar neemt Klaas Knot afscheid als president van De Nederlandsche Bank. Voor zijn opvolger hoopt hij op stabielere tijden, ook politiek, en hij doet een oproep aan de minister: kort de maximale termijn van de DNB-president niet in.

“Crisis op crisis”, zo omschrijft Knot zijn periode bij DNB. “Toen ik in 2011 begon, zaten we nog in de nasleep van de bankencrisis en begon de eurocrisis zich te ontvouwen. Daarna kwam de pandemie, de oorlog in Oekraïne, de hoge inflatie en nu weer de geopolitieke onzekerheid en de handelsoorlog met de VS.”

Saai is het dus nooit geweest, maar slapeloze nachten heeft Knot er niet om gehad, zegt hij. “Vanwege mijn calvinistische inborst, denk ik.”

Van al deze crises vond Knot de periode dat het voortbestaan van de euro op het spel stond de spannendste. “Als dat was misgegaan, hadden we de moeder aller crises gehad. Dat is gelukkig niet gebeurd en vanaf dat moment hebben we ook echt gewerkt aan structurele verbeteringen.”

De afzwaaiende DNB-president prijst het optreden van toenmalig directeur van de Europese Centrale Bank (ECB) Mario Draghi. In een toespraak in 2012 beloofde hij er alles aan te doen om de euro te redden. Met de inmiddels beroemde woorden whatever it takes, wist hij de financiële markten te kalmeren.

Knot zat op het moment van die toespraak in de auto naar zijn vakantieadres en was van tevoren niet op de hoogte gesteld van Draghi’s belofte. “Ik kreeg de minister-president aan de lijn. Hij vroeg: wat gaan jullie nu doen? Ik had geen idee waar hij het over had. De interventie van Draghi was buitengewoon effectief, dus hij had het gelijk aan zijn kant, maar ik had wel graag een telefoontje gehad.”

In de afgelopen veertien jaar kreeg Knot te maken met vijf verschillende kabinetten, waardoor moeilijke economische beslissingen vaak bleven liggen. “Er is een zekere kortademigheid in de politiek terechtgekomen. Dat heeft natuurlijk te maken met de korte levensduur van de afgelopen kabinetten. De Nederlandse economie heeft langetermijnbeleid nodig, en daarvoor zijn stabiele coalities belangrijk.”

Als voorbeelden van “knelpunten” noemt Knot het stikstofdossier, de woningmarkt, het volle elektriciteitsnet en problemen met de infrastructuur. “Op al die onderwerpen is in de afgelopen jaren onvoldoende vooruitgang geboekt. Maar die vooruitgang is wel hard nodig om in de toekomst hetzelfde niveau van zorg, pensioen en sociale zekerheid te kunnen bieden.”

Termijn DNB-president inkorten

Knot doet ook een dringende oproep aan demissionair minister van Financiën, Eelco Heinen (VVD): laat de maximumtermijn van de DNB-president staan op twee keer zeven jaar. De minister wil de termijn inkorten naar maximaal twee keer vijf jaar. Knot is bang dat, bij een kortere termijn, de politiek meer invloed zal krijgen op het reilen en zeilen van de bank. “Als je daar aan gaat morrelen, boet de centrale bank in op geloofwaardigheid. Het vertrouwen van het publiek dat wij in staat zijn om de inflatie onder controle te krijgen, zal dan een stuk minder worden.”

Die inflatie steeg tot ongekende hoogte na de Russische invasie in Oekraïne. “Niemand had dat zien aankomen”, zegt Knot. “Dus wij ook niet.” De inflatie is inmiddels weer gezakt, maar met 4,1 procent is die nog steeds hoger dan in andere Europese landen. “De Nederlandse economie is supergevoelig voor energieprijzen, gevoeliger dan andere economieën. Dus dat verklaart die relatief hoge inflatie in Nederland”, aldus Knot.

‘Het is goed’

Knot heeft het volste vertrouwen in zijn opvolger, Olaf Sleijpen. “Hij is inhoudelijk zeer goed, hij is integer, betrokken en verbindend. Hij heeft alle kwalificaties om deze rol te kunnen invullen.”

Of hij zijn rol gaat missen? “Ja, zeker, maar tegelijkertijd zeg ik erbij na veertien jaar: het is goed dat de bank nieuw leiderschap krijgt en dat ik weer wat anders ga doen. Maar dat is de rationele kant. De gevoelsmatige kant is een stuk lastiger.”