Voor het eerst sinds de oprichting van de NAVO in 1949 organiseert Nederland een top van het bondgenootschap. En dat is een hele klus. Met bijna 9000 gasten, onder wie zo’n 150 hoogwaardigheidsbekleders, is het grootste veiligheidsoperatie in de Nederlandse geschiedenis. Nieuwsuur sprak met Pieter-Jaap Aalbersberg, die als Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) verantwoordelijk is voor de beveiliging van de gasten.
Aalbersberg benadrukt dat het doel van de operatie niet is om alle risico’s bij voorbaat uit te sluiten. “Dan zouden alle burgers twee dagen binnen moeten blijven en dan hebben we geen leuk land. Dus het is een kwestie van risicobeheersing. Goed voorbereid zijn op dingen die niet goed gaan, en daar op oefenen, is dus net zo belangrijk als dingen voorkomen.”
Aalbersberg zegt dat er “op dit moment” geen aanwijzingen zijn voor een “concrete dreiging”. “Het bijzondere van deze top is wel dat die al lang van tevoren is aangekondigd. Kwaadwillenden hebben dus ook veel voorbereidingstijd gehad. Dus dat we nu nog niets zien, wil niet zeggen dat dat morgen niet anders kan zijn.”
Naar de top in Den Haag op 24 en 25 juni komen 45 regeringsleiders en hetzelfde aantal ministers van Buitenlandse Zaken en ministers van Defensie. Die moeten allemaal veilig van het vliegveld naar Den Haag, vanaf hun hotel naar het World Forum en weer terug naar huis. “Dat geeft een gigantische logistieke operatie”, aldus Aalbersberg.
‘We kunnen niet groter dan dit’
Voor de beveiliging van het evenement wordt meer dan de helft van de Nederlandse politie ingezet. Daarnaast zijn de ministeries van Defensie en van Infrastructuur & Waterstaat nauw betrokken. Aalbersberg schetst dat Nederland hiermee aan de grens zit van wat het aankan. “We kunnen niet groter dan dit. Stel dat we er nog vijftig te beschermen personen bij hadden gekregen, dan waren we waarschijnlijk uitverkocht geweest. Dan hadden we misschien naar internationale bijstand moeten kijken.”
Aalbersberg geeft een inkijkje in hoe de beveiliging van de regeringsleiders in zijn werk gaat. Dat begint op Schiphol, waar de Polderbaan is afgezet voor de vliegtuigen van de gasten. “Vanaf daar gaan ze via een, wat wij in onze taal ‘stoetje’ noemen, naar Den Haag. Dat is een combinatie van een aantal voertuigen: de auto waar de regeringsleider in zit en de beveiliging daar omheen. De grootte van het stoetje hangt af van de risico’s. Bij Trump is de stoet dus langer dan bij een delegatie met minder risico.”
Aalbersberg omschrijft vier type dreigingen waar ze zich op voorbereiden: de dreiging tegen individuele regeringsleiders, terrorismedreiging, demonstraties en spionage, cyberaanvallen en desinformatie.
Bij de vorige top in Vilnius in 2023 kreeg de organisatie te maken met bommeldingen, kinderdagverblijven moesten worden ontruimd en verkeerslichten vielen uit. Dat, in combinatie met de hybride dreiging vanuit Rusland, maakt dat er ook plannen klaarliggen voor bijvoorbeeld het uitvallen van communicatiesystemen of stroom. “Niet alleen in Den Haag, maar bijvoorbeeld ook in Eindhoven. Dus je kijkt niet alleen blind naar die NAVO-top, maar ook naar het land eromheen.”
Wat betreft de cyberveiligheid ziet Aalbersberg ook een rol voor delegaties zelf weggelegd. “Ook daar hebben de veiligheidsdiensten een rol in. Al ga ik er niet van uit dat delegaties op dit niveau nog gebruik maken van het wifinetwerk van een hotel.”
Aalbersberg doet in het verlengde hiervan ook een oproep aan burgers. Wijzend op een voorval in Vilnius, waarbij andere teksten op billboards verschenen, zegt hij: “Wees je ervan bewust dat we in die dagen desinformatie of verkeerde informatie kunnen hebben. Vaar daar niet blind op, maar kijk altijd even: klopt dat wel?”
Burgemeesters van de gemeenten waar de route doorheen loopt, hebben gebieden aangewezen waar mensen mogen demonstreren. Als mensen zich daar niet aan houden en op andere plekken langs de route gaan staan, is het aan de Officier van Justitie om te beoordelen of er sprake is van een strafbaar feit, zegt Aalbersberg.
“Demonstreren is een groot goed in Nederland. Dat mag. Maar je hebt altijd de discussie van de veiligheid van de route, maar ook van de veiligheid van de mensen erop. Want het stoetje moet doorrijden.”
Kijk hier het hele gesprek met Pieter-Jaap Aalbersberg: