Door de enorme groei van de techbedrijven in de Brainportregio Eindhoven is de verwachting dat het aantal internationale leerlingen in tien jaar tijd bijna zal verdubbelen. Scholen krijgen nu al kinderen in de klas die bijvoorbeeld alleen Hindi of Koreaans spreken. Ondanks deze groei beknibbelt de overheid juist op internationaal onderwijs.
Op de tweetalige basisschool Salto International School RISE in Eindhoven zijn de leerlingen hard aan het repeteren voor de eindmusical. “Omdat de ouders voornamelijk Engels spreken en de meesten ook weinig Nederlands verstaan, doen we de teksten in het Engels. Maar de liedjes zijn wel in het Nederlands”, zegt docent Tamara Mehl.
Op school krijgen de kinderen de helft van de tijd les in het Nederlands en de andere helft in het Engels. “Echt bedoeld voor kinderen uit het buitenland die hier naartoe komen”, zegt Krista Sijbers, directeur van RISE. De school groeide van 24 kinderen in 2019 naar nu 650 kinderen, op twee locaties.
Oefenen voor de eindmusical, met liedjes in het Nederlands:
Ook op ’t Slingertouw, een reguliere basisschool aan de andere kant van Eindhoven, zit het aantal internationale leerlingen in de lift. “Met ASML zijn er veel expats gekomen. Vroeger hadden we tien procent anderstalige kinderen, nu zitten we boven de zestig procent”, zegt docent Marjolein Brands.
De Brainportregio maakt een stormachtige groei door. De verwachting is dat het aantal internationale kinderen in de regio in 2032 zal zijn gegroeid naar 32.000 kinderen. Dat waren er in 2022 nog zo’n 18.000.
Een stevige groei, erkent onderwijswethouder in Eindhoven Stijn Steenbakkers (CDA). Hij is ook voorzitter van een taskforce die zich met het oog op de groei van stad en regio bezighoudt met het onderwijs. “Een uitdaging voor heel veel plekken, want we bestaan uit 21 gemeenten.”
Maar waar het aantal internationale leerlingen hard groeit, krijgen scholen juist minder geld voor speciaal taalonderwijs dan de afgelopen jaren. Bjorn Houben, directeur van basisschool ’t Slingertouw, kreeg voor deze groep voorheen een bedrag van 200.000 euro per jaar. Nu is dat nog maar 75.000 euro. “Dat betekent minder leerkrachten en dat gaat ten koste van onderwijs en kwaliteit.”
Brandbrief
Ook de internationale basisschool krijgt minder geld voor nieuwkomers dan eerder. Het gaat om grote bedragen. “Voor onze school is de landelijke taalsubsidie weggevallen. Dat is de subsidie om kinderen de Nederlandse taal te leren. Voor onze twee locaties was dat 1,5 miljoen euro per jaar”, zegt directeur Sijbers.
Om de gaten te dichten heeft de school de ouderbijdrage verdubbeld van 400 naar 800 euro en er wordt bezuinigd op ondersteuning door onderwijsassistenten. Voor nieuwe leerlingen wordt de ouderbijdrage duizend euro. De gedachte is dat mensen die bij ASML, Philips of een ander groot bedrijf werken, genoeg verdienen om dat te kunnen ophoesten. “Maar er zijn op onze school ook veel ouders die niet van die hoge expat-contracten hebben”, aldus Sijbers. “En als je naar de regio komt, moet je natuurlijk ook nog een huis regelen en dat is ook niet goedkoop.
Schoolbestuur SALTO schreef een brandbrief: “De groei gaat sneller dan voorzien. Hoe zorgen we dat Brainport niet alleen investeert in musea, huisvesting en mobiliteit, maar ook in duurzame, inclusieve onderwijsoplossingen voor de toekomst?”
‘Geen lokaal ding’
Wethouder Steenbakkers ziet ook dat scholen in de knel komen door het wegvallen van landelijke subsidies. “Daar willen wij echt bereidwillig mee omgaan. De gemeente Eindhoven geeft de komende periode bijvoorbeeld bijna 250 miljoen euro uit aan het bouwen van scholen. Maar dit is in principe geen lokaal ding, daar moet de Rijksoverheid ook een verantwoordelijkheid in nemen.”
Ook bedrijven als ASML dragen bij aan de financiering van bijvoorbeeld taal-, techniek- en diversiteitsprojecten. Schooldirecteur Houben: “Maar dat is wel een tijdelijke impuls.”
Het ministerie van Onderwijs laat Nieuwsuur in een reactie weten dat de scholen na corona tijdelijk meer geld kregen voor taalonderwijs en extra ondersteuning aan nieuwkomers. Het is aan schoolbesturen om uit te komen met de financiële middelen die ze krijgen, vindt het ministerie.
Bij scholen – zoals de tweetalige internationale basisschool – wordt waar nodig ook van de ouders of de bedrijven waar de ouders werken een bijdrage verwacht, zegt het ministerie.