De Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) blijkt jarenlang geen regulier onderzoek te hebben gedaan bij de zorglocatie in Bodegraven, waar zes medewerkers zijn ontslagen nadat zij bewoners hadden vernederd in een Snapchat-groep. Het gaat om mensen met een geestelijk vermogen van nul tot drie jaar.

Bestuursvoorzitter van zorginstelling Sirjon, Jan van Ginkel, zou het “toejuichen” als de Inspectie weer periodiek instellingen zoals die van hem zou bezoeken. “Ook ik heb recht op toezicht en inspectie. Als bestuurder word ik daar namelijk beter van.”

Van Ginkel gaf vanavond in Nieuwsuur inzicht in de aard van de vernedering door te wijzen op fictieve voorbeelden, die lijken op de beelden in de Snapchat-groep die hij inzag. Hij wil geen letterlijke beschrijving geven van wat er te zien was omwille van de privacy van de ontslagen medewerkers. “Stel, een cliënt valt. Als zorgmedewerker ga je dan helpen en troosten. Wat hier is gebeurd, is dat je iemand laat liggen en laat spartelen en daar een filmpje van maakt. Dat deel je met collega’s en je zet er ook nog een tekst bij, bijvoorbeeld: lekker spartelen.”

‘Fysiek onmogelijk’

De Inspectie zegt dat er jaarlijks ruim 1500 meldingen binnenkomen over calamiteiten en dat het “fysiek onmogelijk” is dat de inspectie die allemaal zelf onderzoekt. Daarom werkt zij “risicogestuurd”. “Nog veel belangrijker”, zegt een woordvoerder, is dat zorgaanbieders “er het meest van leren” als zij calamiteiten zelf onderzoeken of laten onderzoeken. Sirjon laat nu ook zelf een feitenonderzoek uitvoeren. De woordvoerder zegt dat de inspectie dit soort onderzoeken vervolgens wel beoordeelt.

Bestuursvoorzitter Van Ginkel zou het goed vinden als de inspectie toch weer vaker periodiek bij instellingen langsgaat voor een reguliere inspectie.

Reformatorisch

Sirjon is een reformatorische instelling waar alleen mensen die lid zijn van een reformatorische kerk mogen werken. In Nederland zijn ruim twintig Sirjon-locaties voor ouderen en mensen met een beperking. Van Ginkel: “Onze missie is om te doen wat God van ons vraagt, en dat is barmhartigheid tonen aan mensen die kwetsbaar zijn. De verwachtingen van ouders dat we dat doen zijn dan ook reëel. Dat gebeurt gelukkig op allerlei plekken in de organisatie, maar hier niet.”

De bestuurder zegt “geen aanleiding” te hebben om onderzoek te doen op andere locaties. “Mijn keuze is om elke dag alle medewerkers te vertrouwen. Want ik zie op de werkvloer met hoeveel hart en ziel ze hun werk doen.”

De beelden die de bestuurder heeft gezien gaan tot negen maanden terug, maar de chatgroep bestaat al sinds 2019. “Inmiddels heb ik signalen dat de beelden niet zijn doorgestuurd naar anderen dan degenen in die groep. Maar het lijkt wel te zijn gedeeld door de filmpjes vanaf de mobiele telefoon te laten zien aan anderen. Dat is onderdeel van het onderzoek.”